Skip to content

Het Natura Apparaat

De Onzichtbare Levensader van het Verzet

Menu
  • De Schaduwbevolking van Bezet Nederland
  • Natura Verzetsbeweging
    • De Zeemanspot
  • Personen en Plaatsen
    • Leden van het Natura Netwerk
    • Jan Bottema
    • Jan Idema – Veldman
    • Jan Verschure
  • English
  • Nederlands

Het Natura Apparaat

“Want zelfs de grootste daden verdwijnen in de duisternis van de stilte als ze niet op schrift worden gesteld en in herinnering gebracht” (Anna Komnene, De Alexiade, 1143-1153)

19460613 Nature reunion high res-1
13 juni 1946: Reunie van de leden van het voormalige verzetsnetwerk Natura Apparaat in Het Jagershuis, Woudenbergseweg 15, Zeist

Verzet is gedreven door de moed om een dominante kracht niet te gehoorzamen, ingegeven door eigen waarden met een reëel risico voor persoonlijk verlies. Als men door deze morele ongehoorzaamheid wordt gedreven is de vraag welke vorm verzet zou moeten nemen: politieke organisatie, geweld, spionage, sabotage, pers, logistiek, hulp aan getroffen medeburgers, enz.. De leden van het Natura-Apparaat waren bij veel van deze activiteiten betrokken vooral ook door de willekeurige wijze waarop situaties van verzet zich voordeden. Zij zagen een centrale taak in de logistiek van verzet. Zij begrepen dat men niet in de illegaliteit kan overleven of opereren in de door de Duitsers via het Nederlandse ambtenarensysteem streng gecontroleerde maatschappij zonder de verzameling en distributie van goederen zelf te organiseren. Jan Verschure en Jan Bottema begrepen dit. Dikke jan of Jan Holster en Lange Jan of Jan van Buuren waren vanaf het begin van de oorlog bij het verzet betrokken. Al geinfiltreerd in het ambtenaren system van het Ministerie van Verkeer en als leden van het Zeemanspot-netwerk, dat financiële steun verleende aan de families van zeelieden die voor de geallieerden voerden, zagen ze de gevolgen van de uitsluiting van deze groep en dat financiële hulp onvoldoende was. In reactie hebben zij in begin 1942 het Natura Apparaat opgezet. Beide hebben dit initiatief met de dood moeten bekopen.

Jan Verschure, 1941
Jan Bottema circa 1940

Het Natura netwerk is uitgegroeid tot een landelijke beweging en bracht mensen samen van elke laag van de maatschappij van toekomstige ministers (Sicco Mansholt en Hans de Koster) en industriëlen tot bakkers en boeren die gezamelijk een essentiele functie hebben vervuld in de illegale maatschappij van Nederland gedurende de bezetting. Gedurende de oorlog werkte ze noodzakelijkerwijs in de schaduw en na de oorlog hebben zij geen poging ondernomen om erkenning te krijgen voor het werk dat ze gedaan hebben. Op de bestuursvergadering van Natura op 14 juli, 1945 (zie onder) na de oorlog wordt de vraag bediscusieerd of er bedankbrieven moeten worden opgesteld of advertenties moeten worden geplaatst om oud leden van het Natura Apparaat aan te spreken. “Pro en contra uiteindelijk wordt besloten niets te doen: Profiteurs en colaborateurs zouden hier misbruik van kunnen maken, terwijl de werkelijk goed nederl. dit niet nodig zal vinden, daar ze toch niets meer dan hun plicht hebben gedaan.” Deze bijzonder eervolle houding heeft er echter toe geleid dat het werk van het Natura Apparaat niet is opgeschreven en uit de Nederlandse geschiedschrijving is verdwenen.

Deze website heeft tot doel de geschiedenis van deze essentiële verzetsgroep te documenteren en het ook in een breder verband te plaatsen. Deze geschiedenis is er een van grootste daden in termen van Anna Komnene. Hoe honderden Nederlanders zonder eigenbelang zichzelf organiseerde en met gevaar voor eigen leven een landelijke organisatie bouwden die het overleven van honderd duizenden heeft bewerkstelligd. En zich vervolgens vrijwillig terugtrok in de anonimiteit want men had zijn plicht gedaan. Inderdaad, deze grootste daden mogen niet door stilzwijgen in de duisternis van de tijd verdwijnen.

Het eerste doel, op deze pagina gerealiseerd, moet zijn om te bewijzen dat Natura bestaan heeft. Dat de personen op de groepsfoto centrale rollen gespeeld hebben in een uitgebreid verzorgingsnetwerk dat ook de ruggengraat vormde voor vele andere vormen van verzet. Als introductie worden vijf schetsen van het Natura netwerk gegeven die laten zien dat Natura niet alleen heeft bestaan, maar dat het een fundament was van het Nederlandse verzet en het overleven van honderd duizenden Nederlanders.

De eerste schets komt uit de notulen van de eerste vergadering van de Natura-Groep waar men een weg in de naoorlogse realiteit probeert te vinden.

De tweede schets is een poging van de voormalige verzetsgroepen om een evenwichtige samenvatting van het verzet te geven in een publicatie reeks Onderdrukking en Verzet.

De derde schets is eenzelfde poging in het gedenkboek Het Grote Gebod van de Landelijke Organisatie en Landelijke Knokploegen.

De vierde schets is van het standaardwerk over Nederland in de Tweede Wereldoorlog van Lou de Jong. Dit werk dat in de decennia na de oorlog is geschreven laat zien dat er in die periode en in de keuzes die de Jong maakt Natura uit de officiële geschiedschrijving is verdwenen. Hiermee liet hij een invalshoek zien op verzet die het Nederlandse narratief definieert met een nadruk op de taktiek van aanslagen, overvallen, en  liquidaties.

De laatste bijdrage is een diagram geproduceerd door de Duitse Sicherheitsdienst met een gedetailleerde beschrijving van de structuur van het Nederlandse verzet.

1 “Notulen v/d vergader. der natura-group, gehouden op Zaterd. 14 juli `45 te Utrecht in restaur. Weber Vredenburg.

In de naoorlogse Natura groep was de houding dat men zijn plicht had gedaan en er verder niet al te veel aandacht hoefde te besteden aan het verleden alleen dan voor de zorg voor de families van hen die het leven hadden verloren. Daarbij was men ook uitgeput van de jaren in het verzet, en diep gefrustreerd met de Nederlandse verhoudingen na de oorlog. Na jaren van eenzame strijd in een hechte groep bleek na mei 1945 dat het grootste deel van de bevolking in het verzet had gezeten en daar ook de voordelen van wist te plukken. Hier keerde men zich zonder bedenking van af. Zie ter illustratie de biografische schets van Jan Idema.

“De heer Teunissen (de Visser) opent de vergadering als zijnde door de voorl. contact-comm. aangezocht als voorzitter te fungeren. De voorz. heet de aanwezigen hartel. welkom. Hij merkt op dat meerdere oud-medewerkers helaas ontbreken. Hij wil niet allen gaan noemen, uit vrees onvolledig te zijn, doch meent voor een 3tal e. uitz. te mogen maken te weten de Heeren Jan Verschure, Jan Bottema en Kees v/d Sande. Hij herdenkt hen en hun werk, wat voor onze natura-groep van zoo bijzonder belang is geweest. Hij geeft aan Mevr. Verschure en Bottema de verzekering, dat zij steeds mogen rekenen o/d hulp en steun v/d oud medewerkers v/hun echtgenoten.

De voorz. Stelt voor om over te gaan tot benoeming van een bestuur dat tot taak heeft de lopende zaken at te wikkelen (derhalve nog uitstaande nota’s of schade gevallen na te gaan en te voldoen. De daartoe o.m. gelden te verzamelen en contact te zoeken met N.S.F. etc. en voor ‘t geval de natura-groep blijft voortbestaan tevens als ballotage comm. te fungeren.

Naar aanleiding hiervan vindt er een discussie plaats over de waarsch.heid v/h al of niet voortbestaan der nat.groep na de afwikkeling. Meeningen zijn verdeeld.

…..

De voorz. Vraagt vervolgens aan de aanwezigen zoveel mogel. Gegevens op te zenden a/h adres v/d Heer Veldman-Idema, betreffende de wekzaamhden v/d Natura-groep. Den verzameling v/deze gegevens is nodig, om te voorkomen dat niet anderen zullen gaan strijken m/d eer, die de natura-groep toekomt.”

Notulen geschreven door Hans Idema, sinds 1943 lid van het Natura netwerk

2 Onderdrukking en Verzet, deel 39

Natura, verzorgingsorganisatie.

Ontstaan. Ontstaan als organisatie tot het verstrekken van voedsel aan bijzondere categorieën van personen, in de sfeer van de ,,Zeemanspot” (voorloper van het NSF, zie deel III, blz. 770 vlg.).

Activiteit. Het aanleggen en distribueren van (P209) voedselvoorraden (o.a. veel graan en raapolie), aanvankelijk ten behoeve van de gezinnen van zeelieden die in geallieerd verband voeren, later ook van die van marechaussees en militairen. Vanaf 1943 ook materiële hulp aan onderduikers. Bovendien het verschaffen van broodbelegging en sigaren en sigaretten voor de Rode-Kruis pakketten, die naar de gevangenissen en, later, naar de kampen Amersfoort en Vught gingen. In 1944 kwam daarbij de zorg voor fietsbanden, fietsen, textiel en schoenen ten behoeve van de illegale organisaties en in de laatste periode van de oorlog de materiële verzorging van illegale werkers. Distribuering aanvankelijk in hoofdzaak rechtstreeks onder de in aanmerking komende gezinnen (soms door tussenkomst van gewone leveranciers), later vooral via de verzorgingsorganisaties. Naast de voorziening in natura werden levensmiddelenkaarten verdeeld.

Organisatie. Tot Augustus ’44 landelijk, daar na gedecentraliseerd. Plaatselijke contacten werden veelal overgenomen door bestaande organisaties (met name de LO) en vormden daarvan dan vaak een speciaal onderdeel. In totaal ca 500 medewerkers, waarvan velen tevens werkzaam zijn geweest in het verband van Zeeliedensteun (zie aldaar) en NSF.

Arrestaties. Vrij veel, met name in de leiding (hetgeen mede van invloed was op de decentralisatie), merendeels echter in het verband van andere organisaties.

Contacten. Met tal van verzorgingsorganisaties en andere. Was vertegenwoordigd in de Kern (OeV IV, blz. 126). Medewerking werd verkregen van het directoraat-generaal van de voedselvoorziening en andere officiële instanties.

 

3 Het Natura-Apparaat in “Het Grote Gebod”: De Logistieke Pijler van het Verzet 

In het gedenkboek van de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO) en de Landelijke Knokploegen (LKP) Het Grote Gebod (1951) wordt zowel van het ‘Natura-apparaat’ als de  ‘Natura-commissie’ gesproken die zich bezig houdt met de minder zichtbare van de materiële instandhouding van het verzet en de door haar beschermde onderduikers.

3.1. Oprichting, Structuur en Kerndoelstelling

3.1.1 Definitie en Missie

Het Natura-apparaat onderscheidde zich fundamenteel van andere grote hulpverleningsorganisaties door zijn specifieke missie. De brontekst definieert Natura expliciet als “de organisatie voor verstrekking van goederen in natura” (Het Grote Gebod, ANDERE TIJDEN, ANDERE LEVENSWIJZE, p. 115). Deze focus op materiële goederen was een directe respons op de economische realiteit van de bezetting, waarin geld aan waarde verloor en essentiële goederen extreem schaars werden. De primaire taak van de organisatie was het voorzien van onderduikers en illegale werkers van “voedsel, kleding en schoeisel” (Het Grote Gebod, CONTACTEN MET ANDERE ILLEGALE ORGANISATIES, p. 651). De noodzaak van een dergelijke gespecialiseerde organisatie wordt geïllustreerd door de vermelding van de “hoogste textielnood” (Het Grote Gebod, ANDERE TIJDEN, ANDERE LEVENSWIJZE, p. 115). In een tijd waarin zelfs de meest basale levensbehoeften moeilijk verkrijgbaar waren, was de georganiseerde verwerving en distributie van deze goederen geen luxe, maar een absolute voorwaarde voor het overleven van de tienduizenden mensen die van de legale distributie waren uitgesloten. Natura vulde hiermee een kritiek gat dat niet door financiële steun alleen, zoals die van het Nationaal Steun Fonds (NSF), gedicht kon worden.

3.1.2 Oorsprong en Organisatorische Inbedding

Het Natura-apparaat was geen monolithische, op zichzelf staande entiteit, maar ontstond als een inter-organisationeel samenwerkingsverband of wel een “combinatie van organisaties NSF, NC, LO, VOC-” (Het Grote Gebod, CONTACTEN MET ANDERE ILLEGALE ORGANISATIES, p. 651), wat duidt op een breed draagvlak binnen de top van het Nederlandse verzet. De oorsprong van de organisatie is direct te herleiden tot het “Zeeliedenfonds”, een fonds dat oorspronkelijk was opgericht om de gezinnen van buitengaats verkerende zeelieden te ondersteunen en dat zelf de basis vormde voor het grotere Nationaal Steun Fonds (Het Grote Gebod, CONTACTEN MET ANDERE ILLEGALE ORGANISATIES, p. 651).

De formele oprichting van Natura als een “commissie” vond plaats in het begin van 1944 (Het Grote Gebod, DE VOEDSELVOORZIENING IN NATURA, p. 272). Deze institutionalisering markeert een belangrijk moment in de evolutie van het Nederlandse verzet. De overgang van ad-hoc hulp naar een gestructureerd systeem met gespecialiseerde ‘departementen’—financiën (NSF), hulp aan onderduikers (LO), en logistiek (Natura)—is een duidelijk teken van de professionalisering van de illegaliteit. Deze taakverdeling voorkwam dubbel werk, verhoogde de efficiëntie en stelde de verzetsbeweging in staat de groeiende complexiteit van haar operaties het hoofd te bieden, met name de zorg voor een steeds groter wordend leger onderduikers. Het was een strategische aanpassing die de volwassenheid en het organisatorisch vermogen van het verzet weerspiegelde.

3.2. Operationele Activiteiten en de Relatie met de LO

3.2.1 Intensivering van de Samenwerking (Zomer 1944)

De zomer van 1944 was een periode van intense activiteit en groei voor de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers, en dit had directe gevolgen voor de relatie met het Natura-apparaat zodat “het contact met het Natura-apparaat steviger” wordt (Het Grote Gebod, DE TIJD VAN HET CENTRAAL BUREAU, p. 94). De frequentie van de vergaderingen tussen Natura en het Centraal Bureau (CB) van de LO nam toe van tweewekelijks naar wekelijks, een duidelijke indicatie van de toenemende onderlinge afhankelijkheid. Deze intensivering werd gedreven door een exponentiële groei van de vraag. De aanvragen voor kleding vanuit de LO groeiden aan tot een “lawine, waaronder het CB bijna bedolven raakt” (Het Grote Gebod, DE TIJD VAN HET CENTRAAL BUREAU, p. 94). Deze enorme vraag stond echter in schril contrast met het aanbod; de toewijzingen bleven “betrekkelijk gering”. Deze discrepantie onthult een kritiek logistiek knelpunt binnen het verzet. Het succes van de LO in het verbergen van honderdduizenden mensen creëerde een bijna onhoudbare vraag naar goederen, wat de strategische noodzaak van een gespecialiseerde logistieke partner als Natura onderstreepte. De schaarste aan materiële goederen was niet slechts een ongemak, maar een strategische kwetsbaarheid die het welzijn en de overlevingskansen van de onderduikers direct beïnvloedde. De groei van het aantal onderduikers ging sneller dan de ontwikkeling van de logistieke ondersteuningsketen, wat de nauwe samenwerking met Natura essentieel maakte.

3.2.2 Sleutelfiguren en Contacten

Hoewel Het Grote Gebod zich voornamelijk richt op organisatorische structuren, wordt één sleutelfiguur van Natura bij naam genoemd: “Visser van ‘Natura'” (dit is de schuilnaam van Andries Teunissen). Hij was aanwezig bij een cruciale bijeenkomst in Amsterdam op 8 augustus 1944, samen met Freek van de Raad van Verzet (RvV) (Het Grote Gebod, HET VERRAAD VAN EDITH, p. 96). Op deze bijeenkomst werd de betrouwbaarheid van de koerierster Edith besproken, wier verraad later catastrofale gevolgen zou hebben. De aanwezigheid van Visser op een dergelijke strategische vergadering op hoog niveau toont aan dat de vertegenwoordigers van Natura niet louter uitvoerende logistieke medewerkers waren. Zij waren volwaardige partners in het illegale overleg, wiens expertise en netwerk van vitaal belang werden geacht voor de veiligheid en continuïteit van de gehele verzetsbeweging.

3.3. De Impact van Repressie en de Verschuiving naar Voedselvoorziening

3.3.1 De Arrestaties van Zomer 1944

Net op het moment dat het Natura-apparaat volledig operationeel werd en de samenwerking met de LO haar hoogtepunt bereikte, werd de organisatie zwaar getroffen. De bron vermeldt dat de actie van Natura in de zomer van 1944 “door arrestaties lamgelegd” werd (Het Grote Gebod, CONTACTEN MET ANDERE ILLEGALE ORGANISATIES, p. 651). [Dit betreft de arrestatie van Andries Teunissen]. Deze klap kwam op een uiterst kritiek moment, “toen de vruchten van dit werk eigenlijk nog geplukt moesten worden”. De operationele capaciteit werd verder verzwakt doordat een van de “belangrijkste figuren uit dit werk naar de gewapende strijdkrachten overging” (Het Grote Gebod, DE VOEDSELVOORZIENING IN NATURA, p. 272). [Dit is Jan Bottema die in November werd verraden en opgepakt.] Deze gebeurtenissen decimeerden de centrale leiding en brachten de landelijke coördinatie van de goederenvoorziening ernstig in gevaar. 

3.3.2 Reorganisatie en Focus op Voedsel (Hongerwinter)

De arrestaties van de centrale leiding leidden echter niet tot het einde van de Natura-activiteiten, maar forceerden een strategische verschuiving naar een meer gedecentraliseerd en regionaal model. Dit toont de opmerkelijke veerkracht en het aanpassingsvermogen van de illegaliteit. De functie van Natura overleefde door zich te integreren in bestaande, robuuste regionale verzetsstructuren. Twee voorbeelden illustreren deze decentralisatie. In Amsterdam werd het Natura-apparaat betrokken bij de voedselvoorziening voor de Binnenlandse Strijdkrachten (BS), een taak die later werd gecentraliseerd in het “Instituut Noodhulp”, een organisatie waarin ook niet-LO’ers actief waren (Het Grote Gebod, DE VOEDSELVOORZIENING, p. 120). In Friesland ontstond een zeer actieve en autonome “Friese Natura-commissie”, die zich in samenwerking met de Friese KP-leiding richtte op het helpen van zieken en armen. Deze commissie zette een eigen netwerk op met een inkoper, een distributeur en contactpersonen die via kerken en sociale verenigingen de meest hulpbehoevenden identificeerden, resulterend in een kaartsysteem van 3.000 gezinnen in Leeuwarden alleen al (Het Grote Gebod, DE VOEDSELVOORZIENING IN NATURA, p. 277). Deze regionale initiatieven, met een sterke focus op de steeds nijpender wordende voedseltekorten van de Hongerwinter, zorgden ervoor dat de essentiële logistieke taak van Natura, ondanks de klappen op centraal niveau, werd voortgezet.

3.4. Strategische Allianties en Netwerken

3.4.1 Contact met Officiële Instanties

Een van de meest opmerkelijke aspecten van de werkwijze van het Natura-apparaat was het vermogen om strategische allianties te smeden met legale, officiële instanties. De tekst benadrukt een “vruchtbaar contact van het Natura-apparaat met de leiding van het Departement van Landbouw” (Het Grote Gebod, CONTACTEN MET LEGALE ORGANEN, p. 662). Dit contact was van onschatbare waarde, omdat “de boeren op den duur slechts de adviezen van de illegaliteit vertrouwden”. Natura fungeerde hierbij als een betrouwbare schakel die de autoriteit van een officieel departement kon combineren met het vertrouwen dat het verzet genoot op het platteland. Deze samenwerking is een schoolvoorbeeld van hoe het verzet niet alleen tegen de bezettende macht en de collaborerende staat vocht, maar deze ook actief infiltreerde en coöpteerde. Natura gebruikte de structuur en de schijnbare legitimiteit van een ministerie om haar illegale doelen te bereiken. De commissie gaf boeren “voorlichting, hoe ze het best konden ontduiken en voorraden aan de Duitse vorderingen onttrekken” (Het Grote Gebod, DE VOEDSELVOORZIENING IN NATURA, p. 272). Dit toont een verfijnde verzetsstrategie die verder ging dan pure oppositie en overging in het manipuleren van de bestaande bureaucratie. Het illustreert een complexe realiteit waarin het verzet deels vanuit de staat opereerde, gebruikmakend van de kennis en de positie van patriottische ambtenaren.[Dit verwijst naar de samenwerking met Stefan Louwes de directeur-generaal van Rijksbureau voor Voedselvoorziening in Oorlogstijd] 

Tabel 1: Netwerk van het Natura-Apparaat

De volgende tabel biedt een gestructureerd overzicht van de organisaties waarmee het Natura-apparaat volgens Het Grote Gebod samenwerkte, en illustreert daarmee haar centrale en verbindende rol binnen de illegaliteit.

Samenwerkende OrganisatieAard van de SamenwerkingSleutelfigurenBronverwijzing (Pagina, Hoofdstuk/Sectie)
Landelijke Organisatie (LO)Kernpartner; verwerking van aanvragen voor goederen; integratie in voedselvoorziening.Hugo (via CB)p. 94, “DE TIJD VAN HET CENTRAAL BUREAU”; p. 120, “DE VOEDSELVOORZIENING”
Nationaal Steun Fonds (NSF)Medeoprichter; deel van de overkoepelende commissie.–p. 651, “CONTACTEN MET ANDERE ILLEGALE ORGANISATIES”
Nationaal Comité (NC)Medeoprichter; deel van de overkoepelende commissie.–p. 651, “CONTACTEN MET ANDERE ILLEGALE ORGANISATIES”
Binnenlandse Strijdkrachten (BS)Voedselvoorziening in Amsterdam.–p. 120, “DE VOEDSELVOORZIENING”
Knokploegen (KP)Samenwerking in Friesland voor voedseldistributie.–p. 277, “DE VOEDSELVOORZIENING IN NATURA”
Raad van Verzet (RvV)Contact op leiderschapsniveau.Visser, Freekp. 96, “HET VERRAAD VAN EDITH”
Departement van LandbouwStrategische alliantie voor advies en bevoorrading.–p. 662, “CONTACTEN MET LEGALE ORGANEN”

3.5. Conclusie: De Stille Kracht van de Logistiek

Het Natura-apparaat, zoals beschreven in Het Grote Gebod, was een onmisbare, zij het vaak onzichtbare, logistieke motor binnen het Nederlandse verzet. Ontstaan uit een behoefte aan specialisatie in een steeds complexer wordende illegaliteit, evolueerde het van een leverancier van schaarse kleding en schoeisel naar een cruciale speler in de voedselvoorziening tijdens de donkerste dagen van de bezetting, met name de Hongerwinter.

De geschiedenis van Natura zoals beschreven in Het Grote Gebod illustreert de veerkracht en het aanpassingsvermogen van het verzet. Na een verwoestende klap door arrestaties in de zomer van 1944, die de centrale leiding lamlegde, wist de organisatie te overleven door te decentraliseren en diep te integreren in regionale verzetsnetwerken in onder meer Friesland en Amsterdam. Haar vermogen om samen te werken met een breed scala aan groepen—van de gewapende KP en de LO tot de ambtelijke top van het Departement van Landbouw—toont een hoge mate van organisatorische volwassenheid en strategische flexibiliteit.

Het Grote Gebod portretteert Natura niet als een groep van frontstrijders, maar als de stille kracht die de strijders en degenen die zij beschermden in leven hield. De organisatie opereerde op het snijvlak van legaal en illegaal, en wist de structuren van de staat te gebruiken om de bezetter te ondermijnen. Zonder de “goederen in natura” die zij met groot risico verwierf en distribueerde, zou de grootschalige hulp aan onderduikers, zoals georganiseerd door de LO, op den duur onhoudbaar zijn geweest. Natura was daarmee een essentiële, onvervangbare schakel in de keten van het Nederlandse verzet.

Bron: Het Grote Gebod: Gedenkboek van het verzet in LO en KP (1951, Kampen: Kok)

4 Het Koninkrijk der Nederlanden in de tweede Wereld Oorlog

Dr. L. de Jong

Dr. Lou de Jong beschrijft de verzetsgroep ‘Natura’ in twee volumes van Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog (7 en 10). Aangezien Het Koninkrijk de standaard is van de Nederlandse naoorlogse geschiedschrijving geeft het een referentie voor het onderzoek dat plaats moet vinden en heeft gevonden.


Oprichting, Doel en Positionering in het Verzet

De naam ‘Natura’ werd aangenomen door een apparaat dat begin 1944 werd opgericht door het Nationaal Comité van Verzet, het Nationaal Steunfonds (NSF) en de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO). Deze commissie, waar ook ambtenaren van de voedselvoorziening deel van uitmaakten, richtte zich op de voorziening van goederen in natura, zoals kleding en schoeisel: “Begin ’44 werd er door het Nationaal Comité van Verzet, het NSF en de LO een aparte commissie voor opgericht waarin mede enkele ambtenaren van het rijksbureau voor de voedselvoorziening in oorlogstijd zitting hadden. Dit apparaat (het ging zich ‘Natura’ noemen) nam ook contact met kleding- en schoeiselfabrikanten op, maar had bij het begin van de hongerwinter nog geen grote omvang aangenomen.” (Deel 7, tweede helft, p. 1065).

De groep Natura wordt door De Jong in verband gebracht met de Raad van Verzet (RVV) en gekarakteriseerd als een organisatie voor “actief” verzet, in tegenstelling tot de meer op verzorging gerichte Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO): “Het waren veelal andere mensen dan men in de LO aantrof: meer tot ‘actief’ verzet aangetrokkenen die men bijvoorbeeld ook vond in de RVV, in de illegale CPN, in de groep-‘Natura’ en in tal van kleinere organisaties.” (Deel 10b, eerste helft, p. 481).

Binnen het illegale landschap bestonden er spanningen en conflicten tussen de verschillende organisaties. De Jong vermeldt dat er wrijvingen waren, met name tussen de Ordedienst (OD) enerzijds en groepen als de RVV en Natura anderzijds. Dit duidt erop dat Natura, net als de RVV, een eigen koers voer die niet altijd strookte met de meer militair en hiërarchisch ingestelde OD: “De OD had zich in de Contact-Commissie steeds verzet tegen de opneming van de RVV en van de groep-‘Natura’…” (Deel 10b, eerste helft, p. 604)

Activiteiten en Werkwijze

De activiteiten van Natura waren divers en pasten binnen het bredere kader van het actieve verzet. De groep wordt specifiek genoemd in de context van inlichtingen- en koeriersdiensten. In de laatste winter van de oorlog, de hongerwinter, was de illegaliteit genoodzaakt zich aan te passen aan de extreem moeilijke omstandigheden. De Jong beschrijft hoe de verbindingen tussen de verschillende delen van bezet Nederland grotendeels wegvielen, maar dat de koeriersdienst van Natura bleef functioneren: “Toch bleven er koeriersdiensten functioneren die het contact tussen het westen en het noorden en oosten des lands onderhielden: die van de RVV, van de illegale CPN en van de groep-‘Natura’.”  (Deel 10b, eerste helft, p. 464).

Naast spionage en koerierswerk was Natura ook betrokken bij de hulp aan onderduikers, een taak die in de loop van de oorlog steeds complexer werd. De groep wordt genoemd als een van de organisaties die zich bezighield met het vervaardigen en distribueren van vervalste documenten, zoals de cruciale tweede distributiestamkaart: “Wij noemen de groep-‘Natura’ die zich eveneens met de vervaardiging van de tweede distributiestamkaart beziggehouden heeft…” (Deel 7, tweede helft, p. 730)

Coördinatiepogingen en de Laatste Oorlogsfase

Pogingen om de vele verzetsorganisaties te bundelen en de illegaliteit te coördineren, kenden een moeizaam verloop. Natura wordt genoemd in de context van de Grote Adviescommissie der Illegaliteit, een belangrijk overlegorgaan, waar de groep een vertegenwoordiger naar afvaardigde: “De RVV en de groep-‘Natura’ vaardigden er een vertegenwoordiger naar af…” (Deel 10b, eerste helft, p. 603)

In de chaotische laatste fase van de bezetting, de hongerwinter, bleef Natura actief. De groep wordt door De Jong gerekend tot de “belangrijkste illegale organisaties” die, ondanks de desintegratie van het maatschappelijk leven, hun werk voortzetten: “De belangrijkste illegale organisaties (de LO, de KP, de RVV, de OD, de groep-‘Natura’, de illegale CPN, het NSF en de voornaamste illegale bladen) zetten hun werk voort…” (Deel 10b, eerste helft, p. 450)

Het verzet werd echter ook geconfronteerd met de verwoestende gevolgen van verraad. De Jong stelt vast dat een aantal belangrijke illegale organisaties, waaronder Natura, in de periode van september 1944 tot de bevrijding door verraad zware slagen te incasseren kregen: “Een aantal belangrijke illegale organisaties (de RVV, de Trouw-groep, de groep-‘Natura’) kreeg in de periode van september ’44 tot de bevrijding door verraad zware slagen te incasseren…” (Deel 10b, eerste helft, p. 565)

Conclusie

Lou de Jong schetst een dubbel beeld van de groep ‘Natura’. Enerzijds werd de groep begin 1944 opgericht als een logistiek apparaat door de LO, het NSF en het Nationaal Comité van Verzet met als doel de voorziening van goederen in natura, zoals kleding en schoeisel. Anderzijds wordt de groep, met name in de laatste oorlogsjaren, consequent beschreven als een ‘actieve’ verzetsgroep, vergelijkbaar met de RVV, die zich bezighield met risicovolle taken als koeriersdiensten en documentenvervalsing. Natura nam deel aan landelijke coördinatiepogingen maar werd, zoals vele andere groepen, zwaar getroffen door verraad. De naam ‘Natura Apparaat’ komt in Het Koninkrijk der Nederlanden niet voor. Het werk van de Jong is door experts al breed bekritiseerd op grond van de moraliserende en polariserende “goed en kwaad analyse”. Vanuit het perspectief van het Natura Apparaat is de behandeling minimaal en spreekt van een zekere desinteresse in het onderwerp van deze vorm van verzet en organisatie.

Referenties

De Jong, L. (1976) Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog. Deel 7, tweede helft – Mei ’43 – juni ’44 (2e band)

De Jong, L. (1981) Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog. Deel 10b, eerste helft – Het laatste jaar (1e band)

Een persoonlijke observatie: Als student in de 80er jaren had ik de kans Lou de Jong aan te spreken voor het statige gebouw van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie in Amsterdam (nu NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies). Na een dag door de vele dozen met losse rapporten rond het LO en Natura te hebben gezocht, en een stapel copieen te hebben verkregen, liep ik tegen hem op voor het gebouw op een gebruikelijk miezerige herfstdag. Ik vroeg hem of hij me iets kon vertellen over Natura. Het antwoord was beperkt: “Ja dat was een voedsel organisatie die in Leiden en Hilversum bezig was.” Hij hield het kort en voegde er aan toe terwijl hij aanstalte maakte om door te lopen: “Ja daar werd niet met bommen gegooid, dat was niet zo interessant”.

5 De blik van de Duitse Bezetter


Sicherheitsdienst(SD) Amsterdam gevestigd in de Chr. Meisjes HBS, Euterpestraat. 1942- eind 1944. Bilderliste 1. Wilhelm Kaune, Wehrmachtsexekutive. 2. Kurt Döring, gearbeitet bei der Abt. IV A und IV B. 3. Rudolf Hassel gearbeitet bei der Abt. IV B. 4. Hauptsturmführer Streich, Zentralstelle für jüdische Auswanderer 5. Hauptsturmführer Karl Wörlein, Zentralstelle für jüdische Auswanderer 6. Hauptsturmführer Ferdinand aus der Fünten, Zentralstelle für jüdische Auswanderer 7. Sturmbannführer Willi Lages, Leiter der Aussendienst stelle Amsterdam. 8. Hauptsturmführer Hans Blumenthal, Leiter der Abt. III (SD) Amsterdam. 9. Obersturmführer und Kriminalkommissar Lütgenhus Leiter der Abt. IV in Amsterdam, spater nach Den Haag … Befehlshaber. 10. Obersturmführer Schunke, Abt. III (SD) Blumenthal. Vorname Herbert. 11. Untersturmführer Julius Frank, Verwaltungsbeamter Sicherheitpolizei Amsterdam. 12. Untersturmführer Hermann Neumeier, Leiter der Abt. Wehrmachtsexekutive in Amsterdam, zuletzt Leiter vom osten Utrecht und vor der Kapitulatin Aussenkommando Hilversum. 13. Untersturmführer Adolf Golder, Leiter von Abt. V Sicherheitspol. Amsterdam. 14. Otto Kempin, Abt. IV B 4 und zuletzt Spionageabt. 15. Untersturmführer Wilhelm Oligschlager, Ein und Ausreisestelle Amsterdam, dann IV A zuletzt Schutzhaftzentrale bei B.d.s. Den Haag. 16. Mathias Schmitz, Wehrmachtsexekutive zuletzt IV A. 17. Kretschmann, Abt. V bei Golder, Anfang 1944 nach Deutschland zurück. 18. Heinrich Franz, Kraftfahrer. 19. Fritz Fischer, Abt. IV A Arbeitseinsatz. 20. Gustav Grunert, Abt. Wehrmachtsexekutive. 21. Otto Häske, Abt. V Gelder 22. Johan Havenet, Wehrmachtsexekutive Amsterdam, zulets Kommando Utrecht und Hilversum. 23. Ernst Wehner, im März 1945 erschossen worden. 24. Arnold Albani, IV A dann IV B, Spionageabwehr und zuletzt Spionageabwehr. 25. Ernst Maibaum, Ein- und Ausreisestelle, dann IV B zuletzt Spionageabwehr. 26. Jakob Wachowiak, Spionageabwehr, dann Abt. IV B und zuletzt Abt. IV A. 27. Paul Brose, Schu Source: NIOD 76747

Alhoewel de Duitsers bij hun vertrek uit Nederland veel archief materiaal vernietigden, werd er na de oorlog in de burelen van de Duitse Sicherheitsdienst (SD) in Amsterdam een diagram gevonden die vrij nauwkeurig aangeeft hoe het Nederlandse verzet is georganiseerd en werkt. Dit diagram was opgesteld door SS-Sturmscharfuhrers Friederich Viebahn en Emil Ruhl op 6 februari, 1945. Beide later veroordeeld voor oorlogsmisdaden.

In dit diagram wordt Natura geschaard onder het civiele verzet samen met de groepen Nationaal Steunfonds (NSF), Nationaal Comie (NC), Landeijke Organisatie (LO), Voedsel Oorlogstijd Commissie (VOC), Schoolverzet, Artsenverzet, Professorenverzet, Studentenverzet. In Het Grote Gebod wordt dit diagram als volgt toegelicht: “TOELICHTING op Schema: Het hiernaast opgenomen schema werd na de oorlog in het SD-archief aangetroffen. Op deze verbazingwekkende hoeveelheid van voor het verzet gevaarlijke gegevens wist de SD gelukkig eerst in het laatste stadium van de oorlog door een arrestatie beslag te leggen. Op het schema komt de samenstelling van de GAG, de Kern, de Stichting ’40-’45, het LWC, het Nationaal Herstel Comité (later NVH) voor, terwijl verder van alle organisaties enkele gegevens vermeld zijn. Eigen namen zowel als schuilnamen zijn in het schema gebruikt; voor de kleinere organisaties zijn niet altijd de juiste personen vermeld. Op enkele punten geven wij opheldering of verbetering. Volledigheid betrachten wij daarin niet. …Verder behoort de NBS niet in één rij met OD, RvV en LKP geplaatst te worden, maar apart als een combinatie van die drie. De vier laatste onder het hoofd: burgerverzet genoemde organisaties, zijn beter afzonderlijk als beroepsverzet te kwalificeren. De spionnageorganisaties, waarvan ook de GDN er één was, behoren eveneens apart gegroepeerd te worden. Voorts dienen VOC en Natura onder de technische organisaties geplaatst te worden, waar ook de FC en de PBS van de LO en het illegale CDK hadden moeten voorkomen.”

Notitie 1: de VOC wordt in het Grote Gebod niet genoemd. Het is onduidelijk welke organisatie de SD hier precies op het oog had.

Notitie 2: We weten alle namen van de daders, maar niet van de leden van de verzetsgroep Natura, of van vele andere verzetslieden.

Archives

Het Natura Apparaat 2025 . Powered by WordPress